Darmtherapie

Geschikt voor baby’s, kinderen, volwassenen, zwangeren.

MaagdarmkanaalDarmtherapie omvat de aanpassing van de voeding, afvoer van toxinen, elimineren van stressfactoren, pre- en probiotica nemen een belangrijke plaats in bij de darmtherapie.

Symbiontentherapie is een behandelingsmethode om de verstoorde bacteriehuishouding in het lichaam, vooral in het spijsverteringskanaal, te herstellen. Dit gebeurt door middel van inname van specifieke bacteriestammen (probiotica), voedingsadviezen en leefadviezen. De verstoorde bacteriehuishouding (darmflora) wordt veelal veroorzaakt door onze veranderde voedingsgewoonten, maar ook door stress en gifstoffen als geur-, kleur- en conserveringsmiddelen. Door een slechte darmflora functioneert op den duur onze afweer, het immuunsysteem, niet meer goed.

Inmiddels zijn veel studies en onderzoeken hiernaar gedaan en is er wetenschappelijk veel bewijsmateriaal aangedragen. Wij zien dan ook regelmatig reclames op televisie voor voedingsmiddelen die verrijkt zijn met darmbacteriepreparaten.
In geval van (chronische) klachten van o.a. het spijsverteringskanaal richt de behandeling zich op het herstellen van een evenwichtige darmflora.

Goed onderzoek en helder inzicht is de eerste stap
Goed inzicht krijgen in (het ecologische systeem van) de darmen kan door een speciaal ontlastingsonderzoek. Dit geeft informatie over de zuurgraad van de darmen, het aantal darmflora, het aantal soorten schimmels en het verloop van de spijsvertering. Dankzij dit onderzoek wordt het voorschrijven van een juist voedingsadvies gemakkelijker. Bijvoorbeeld door het geven van een eiwitbeperking bij een teveel aan bacteriën die leven van eiwitten (proteolytische darmkiemen). Of een vetbeperking bij een teveel aan bacteriën die leven van vetten (lipolytische darmkiemen) en een koolhydraatbeperking bij een teveel aan schimmels (deze leven van suikers).

Onderdeel van de symbionten- en darmtherapie is dat men zich ervan bewust wordt dat verandering van leefstijl of voedingsgewoonten invloed heeft op de darmflora. Het spijsverteringskanaal is een structureel en functioneel open systeem. Je zou kunnen spreken van een naar binnen gekeerde buitenwereld. In dit systeem kunnen storingen ontstaan die in een stofwisselingsblokkade eindigen (slechte vertering, ontstekingsprocessen). De behandeling van de darm neemt dan ook een belangrijke plaats in.

Dat de darmflora een belangrijke rol spelen in ons afweersysteem blijkt onder meer uit onderstaande functies van deze darmflora:
• bescherming tegen ziekteverwekkende micro-organismen
• in stand houden van de darmwand, doordat de darmbacteriën voedingsstoffen leveren         voor de darmwandcellen.
• productie van vitamine K en een aantal B-vitamines (biotine)
• activeren van het afweersysteem in de darmen
• opname van verschillende mineralen
• een goede darmflora vermindert obstipatieklachten.
Het immuunsysteem van de darmen alleen is al verantwoordelijk voor 80% van de menselijke afweercapaciteit.

Ontwikkeling
Goede darmbacteriën krijgen we mee tijdens onze geboorte en in de weken daarna. Bij zuigelingen kan in de eerste fase van de bacteriële aangroei al een storing optreden ten gevolge van een pathologische schedeflora, atypische ziekenhuiskiemen en voedingsfouten die leiden tot rottingsverwekkers, gisten en/of schimmels.
In de zuigelingenfase kan er sprake zijn van aanhoudende verkoudheid, niezen, middenoorontstekingen, irriterende hoest, vergroting van verhemelte- en keelamandelen. Kolieken, winderigheid of diarree kan eveneens voorkomen.
Dit kan een begin zijn van toekomstige immunologische zwakte of allergieën. Voor uitgebreidere informatie over de opbouw en ontwikkeling van de darmflora vanaf onze geboorte, zie een van de vorige nieuwsbrieven over kinderen en buikpijn.

Symptomen van dysbiose
Bij een langdurig onevenwichtige darmflora (dysbiose) kunnen de volgende klachten ontstaan:
• verminderde afweer tegen infecties
• allergieën
• veranderingen aan de slijmvliezen
• aanhoudende vermoeidheid
• duizeligheid, slecht humeur, hoofdpijn (door rottingsprocessen)
• verstopping, diarree
• opgeblazen buik door sterke gasontwikkeling kan resulteren in hartklachten
• slechte adem
• buikpijn en kolieken

Oorzaken
• medische interventies, zoals antibiotica, cortisontherapie, anticonceptiemiddelen (schimmelinfecties) straling (röntgen), laxeermiddelen

  • Latente virussen kunnen in combinatie met onderstaande issues actief worden en voor een groeiend aantal ziekmakende pathogenen zorgen
    • spijsverteringsstoornissen (maagzuur, pancreas, gal)
    • omgevingsgifstoffen (lood, kwik, chemische stoffen)
    • aangeboren of verworven (operaties) veranderingen van de spijsverteringsorganen
    • ernstige darminfecties
    • voeding:
    1. voedingsallergie en voedingsintoleranties
    2. suiker, witmeelproducten, fastfood en kant en klare bewerkte voeding
    3. kleur- en conserveringsmiddelen
    4. gifstoffen uit paddenstoelen
    5. eenzijdige voeding
    6. gebrekkige hygiëne (voeding, keuken, bestek, enz.)
    7. een te groot gehalte aan onverteerbare ballaststoffen
    • psychische stress (werk, school, leefomgeving)
    • angst

Prebiotica noemen we die voedingsvezels die een goede darmflora bevorderen. Ze vormen de voedingsbodem voor de diverse noodzakelijke darmbacteriën die ervoor zorgen dat onze spijsvertering goed verloopt en de benodigde voedingsstoffen uit onze voeding goed kunnen worden opgenomen.
Oplosbare voedingsvezels zitten vooral in groente, fruit, peulvruchten, haver, gerst, maïs, lijnzaad en zeewier. Deze hebben een gunstige invloed op het cholesterol- en het glucosegehalte van het bloed en dienen als voeding voor de darmflora. Deze fermenteerbare vezels bevorderen een goede stoelgang, maar kunnen ook bij diarree gunstig werken.
Los verkrijgbare oplosbare voedingsvezels zijn: lijnzaad, lynolax, haverzemelen, fibrex (uit suikerbieten) en psyllium (vlozaad).
Niet oplosbare vezels zitten vooral in volkoren graanproducten (m.u.v. haver, gerst en mais) met name in tarwe. Deze vezels hebben vooral effect op de versnelde passage door de dikke darm en daardoor op een beter ontlastingspatroon. Volkoren pasta’s en volkoren macaroni in plaats van gewone pasta’s, en zilvervliesrijst in plaats van witte rijst, leveren voor een langere tijd energie, dit noemen we langzame koolhydraten. Je hebt er langer wat aan en je hebt minder gauw weer trek en bent minder snel moe.

Probiotica zijn bacteriestammen van o.a. bifido’s en lacto’s. Ze worden ingezet om het evenwicht in de samenstelling van de darmflora (=bacteriën) te herstellen  en daarmee de weerstand tegen ziekteverwekkers te verhogen.

De belangrijkste effecten van probiotische bacteriën:
• verlichting van symptomen van lactose-intolerantie
• verlichting van de symptomen van diarreeachtige ziekten
• remmen van de groei van schadelijke micro-organismen
• stimulering van de weerstand (immuunsysteem)
• verminderen van allergische reacties
• verlaging van bloeddruk en cholesterolgehalte.

Antibiotica doden niet alleen ziektekiemen, ook goede darmbacteriën worden door inname van antibiotica vernietigd. De inname van een uitgebalanceerd probioticum na een antibioticakuur is zeer aan te bevelen, zeker als je regelmatig antibiotica nodig hebt. Dit geldt ook voor kinderen. Zelfs de apotheek adviseert tegenwoordig probiotica-inname bij een antibioticakuur. Een goede ontwikkeling!

Therapeutisch worden specifieke probiotica in supplementvorm ingenomen, waarbij díe bacteriestammen worden ingenomen die de betreffende persoon nodig heeft. Heb je spijsverteringsklachten zoals opgeblazen gevoel, obstipatie, reflux, dan wijst dat vaak op een verstoorde samenstelling van je darmbacteriën. Een natuurgeneeskundig therapeut kan je adviseren welke samenstelling voor jou het beste is. Een voorbeeld van een goed probioticummerk is Ortica, verkrijgbaar in de apotheek.

Rijk aan probiotica zijn verder yoghurt, karnemelk, kwark, kaas, kefir, zure room, gefermenteerd voedsel (pickels, zuurkool, miso) en functional foods met probiotica. Maar helaas niet voor iedereen geschikt.
Helaas worden aan veel probiotische voedingsmiddelen suikers of andere zoetmiddelen en kunstmatige hulpstoffen (sorbitol, aspartaam) toegevoegd. Het is van belang om dit soort middelen te vermijden.

Bij het ouder worden verandert de samenstelling van de darmflora. Het is aan te bevelen om regelmatig een probioticakuur te volgen en een goed passend voedingspatroon te volgen (let op de goede vetten!) als je de 55 gepasseerd bent.

Voor meer wetenschappelijke informatie over probiotica en gezondheid zie de website:
www.gutflora.org.

Meer over de gevolgen en oorzaken van een verstoorde darmflora lees je in:  
Kinderen en buikpijn, De opbouw van de darmflora, relatie tot emoties, kind als spiegel voor de ouder.

Blijf niet te lang rondlopen met spijsverteringsklachten. Soms kunnen kleine aanpassingen in je voedingspatroon al heel wat problemen oplossen. Bij ernstige darmploblematiek kun je kiezen voor een specifieke darmtherapie, waarbij een behandeltraject van een half jaar tot een jaar geen uitzondering is. Zoek een darmtherapeut (zie link onderaan deze pagina) die bekend is met deze therapieën en die je hierin kan begeleiden.

Bij NatuurlijkBewust kun je terecht om inzicht te krijgen in onderliggende oorzaken en verbanden van jouw darmproblematiek, als een belangrijke richtingaanwijzer in je helingsproces.  Over de rol van virussen en toxines en de noodzaak van helende voedingsmiddelen lees je in ‘Transformerende voeding’.

Symbiontentherapie als alternatief voor tonsillektomie (http://www.tigweb.nl/TIG01-1.pdf )(artikel uit Nederlands Tijdschrift voor Integrale Geneeskunde door B. Thonon, arts (april 1984)
“Tonsillektomie (TE) is misschien wel de meest uitgevoerde operatie in de “ontwikkelde” landen. In Nederland zijn het er per jaar 140.000-180.000. In veel landen wordt bij 20-30°/o van de kinderen TE gedaan, terwijl er bij slechts 2-3°/o een strikte indikatie hiertoe zou bestaan. Aanleiding tot het literatuuronderzoek vormde de vraag of het verantwoord is om een kind TE te laten ondergaan. Van belang daarbij is bekendheid met alternatieve mogelijkheden. Het toepassen van de kennis over het belang van fysiologische bakteriën die het slijmvlies en onderliggend weefsel als voedingsbodem hebben, resulteert in de “Symbiontentherapie”.
Doel van deze therapie is om de bekledende weefsels van het keel-, neus- en oorgebied (KNO) en de tractus digestivus-gezond te maken om de toegevoerde bacteriën een goede voedingsbodem te geven.”

 

Geverifieerd door ExactMetrics